Hoe vaak heb je jezelf afgevraagd: “Wat als ik dit of dat anders had gedaan tijdens de fotoshoot?” Als je net als veel andere fotografen en Photoshoppers bent, dan weet je hoe frustrerend het kan zijn om urenlang in Photoshop te zitten om je foto’s te perfectioneren. Maar wat als je je nabewerkingstijd kon verkorten en je creatieve mogelijkheden kon vergroten door een paar eenvoudige tips toe te passen tijdens de opname? In dit artikel onthul ik je 5 dingen die Photoshoppers haten en hoe je ze kunt vermijden. Zo kun je je concentreren op het maken van het perfecte beeld en het plezier van fotografie.

1. Geen ledematen afsnijden

Wanneer je een foto maakt van iemand waar net een stuk arm of been vanaf is kan je beter een stap achteruit doen om deze er toch op te krijgen. Niets is vervelender om voeten of armen erbij te moeten Photoshoppen. Het kan soms best wel uitkomen dat een arm of been niet in beeld staat, maar dat is achteraf vaak beter te bepalen. Dus een stap achteruit zodat er geen grote vertekening plaats vindt. Wanneer je gaat uitzoomen met je zoomlens kan het zijn dat je onder de 50mm uit komt en dan zal er vertekening plaats vinden. Over het algemeen is dit niet gewenst. Hier een aantal voorbeelden wat ik bedoel met het afsnijden van ledematen.

2. Geen takken of andere voorwerpen achter het hoofd

Iets wat niet erg mooi staat is een boom, tak of ander voorwerp dat ineens uit het hoofd van het model groeit. Iets achter het hoofd van het model kan je afleiden wanneer je naar de foto kijkt. Zorg ervoor dat dit soort storende elementen niet aanwezig zijn achter het hoofd van het model. Niets is vervelender om dit achteraf weg te halen. Zet zelf een stap naar links of rechts of verplaats het model iets waardoor je dit heel makkelijk oplost. Hier een aantal voorbeelden.

3. Let op schakelaars en storende objecten op een muur

Een model tegen de muur laten staan en een foto maken is iets dat veel voorkomt. Let altijd op of er een schakelaar is of dan je model een ander storend object heeft dat er voor zorgt dat je wordt afgeleid. Zet het model even iets opzij of verplaats jezelf even. Op die manier heb je achteraf minder bewerkingen aan je foto's. Hier een aantal voorbeelden van storende objecten bij het model.

4. Let op je highlights in het histogram

Wanneer je een foto maakt welke overbelicht is en je wilt nog wat detail terug halen heb je een probleem. Met RAW foto's kun je nog enigszins wat terug halen, maar je hebt daar weinig speling in. Belangrijk is dus dat je altijd je histogram checkt. Wanneer de foto's overbelicht is kan moet je je camera iets anders instellen zodat het beeld wat donkerder wordt. Dit kan je in Manual Mode met het diafragma doen en met de sluitertijd. Let hierbij op dat Diafragma de belichting bepaald van het flitslicht en de sluitertijd het omgevingslicht bepaald. Hier een aantal voorbeelden van overbelichte foto's met het histogram.

5. Ledematen checken

In tip 1 gaf ik aan dat je ledenmaten moet proberen niet af te snijden tenzij dit een veel beter beeld geeft. Achteraf snijden is altijd makkelijker en je hebt even de tijd om er goed over na te denken. Maar tijdens de shoot kan het voor komen dat een model bijvoorbeeld een been optrekt en tegen de muur zet. Het gevolg is dat het lijkt alsof het model geamputeerd is. Ook een arm buiten de foto plaatsen kan rare beelden opleveren zoals je hieronder ziet. Let dus tijdens de shoot erop dat je de armen, handen en benen goed in de gaten houd en of dit op de foto geen vertekend beeld geeft.

Conclusie

Fotograferen moet je altijd met plezier doen! Door deze tips in je achterhoofd te houden zal je zien dat je foto's steeds beter gaan worden. Check de tips dus bijvoorbeeld even voor je aan een shoot gaat beginnen en houd het in je achterhoofd. Succes allemaal!